Preek op de zesde zondag van
Pasen,
in het jaar C, serie 2003-2004
ANDERE PREKEN
VAN DE WEEK
Voor de tekst van de Evangelie-lezing
van deze dag en een meditatie
klik hier
en zoek de juiste week
KLIK HIER OM DE PREEK TIJDENS
DE VIERING VAN HET LAATSTE WEEKEND TE BELUISTEREN (Real Audio)
KLIK HIER OM DEZE
VIERING IN ZIJN GEHEEL TE BELUISTEREN (Real Audio)
Reacties? klik
hier en stuur een e-mail.
Preek op de zesde zondag van Pasen jaar C, serie
2003-2004, C2004QDR14-Pa6.html.
Eucharistieviering op zo 16 mei 2004, te ‘s-Gravenzande,
9.30 uur en Hoek van Holland 11.00 uur.
Door pastoor Michel Hagen. AMDG. Thema: “Als
iemand Mij liefheeft.”
E.L.: Hand 15, 1-2. 22-29
Ev.L.: Joh. 14, 23-29
Homilie
Deze week had ik een discussie met iemand over
wat nu het eerste gebod is. Een discussie die naar mijn idee helemaal past
bij het Westland. Waar gaat het in het geloof nu om? Goed zijn voor je
naaste? Of God beminnen? Verleden week hoorden we: ‘Jullie moeten elkaar
beminnen, zoals Ik jullie heb liefgehad!’ En eerder had Jezus gezegd: ‘Bemin
je naaste gelijk jezelf’.
De stelling was dat het in ons geloof erom gaat
dat je goed bent voor je naaste. Mijn vraag was, of dat wel klopt, is er
niet een gebod dat nog belangrijker is? Toen ik pas in het Westland begon,
kreeg ik een keer te horen, pastoor u preekt altijd over Jezus. Die opmerking
verraste mij, inderdaad, ik preek altijd over Jezus. Het viel op dat ik
over Jezus preek. Dat waren ze niet zo gewend.
En dan de discussie, het gaat er toch om dat je
goed bent voor je naaste. Er moet veel meer gepreekt worden over asielzoekers
en vluchtelingen, over mensen die in de knel komen, over diaconie en inzet
voor bejaarden en zieken. Er moet veel meer gepreekt worden over mantelzorg
en opvang van drugsverslaafden, over hulp aan zwerfjongeren en preventie
voor zelfmoord, aandacht voor eenzaamheid onder bejaarden, bijvoorbeeld
met de feestdagen, over steun bij huwelijksproblemen of over rechtsongelijkheid,
over derde wereldlanden en missie, over weeshuizen en politieke mistoestanden,
over oorlogsslachtoffers en andere mensen die in de knel komen.
Het valt u misschien wel op dat ik geregeld over
deze onderwerpen preek, maar dat ze niet de kern van mijn overwegingen
zijn. Waarom preek ik altijd over Jezus? Ik hoorde laatst een opmerking
van een knul van 16 jaar. Het was in een godsdienstles op de middelbare
school. De docent had gevraagd: ‘Waarom willen gelovige mensen hun leer
aan anderen uitdragen?’ Het antwoord dat de jongeman gaf was: ‘Je moet
dit bekijken uit het oogpunt van de godsdienst zelf. Stel, ik lijd aan
AIDS; en ik vind het geneesmiddel uit waarmee je deze ziekte de baas kunt.
Ik genees mijzelf, berg het middel op in een kast en ik praat er verder
met niemand over. Als dat bekend wordt, zal men mij dat zeer kwalijk nemen.
Nou, de godsdiensten beschouwen het kwaad in de wereld als een dodelijke
ziekte. Zij zeggen dat zij er het definitieve geneesmiddel tegen hebben
gevonden. Daarom willen ze hun leer onder de mensen uitdragen...” Dit is
duidelijker dan veel theologische tractaten.
Jezus spreekt weleens over een geneesheer. Hij
zegt dan: ‘Niet de gezonden hebben een dokter nodig maar de zieken.’ Hij
toont door zijn genezingen dat hij de ware geneesheer is. Met de bedoeling
dat mensen ook gaan begrijpen dat Hij de ware geneesheer is voor de ziel.
Daarom nog een ander voorbeeld.
Iemand is depressief en komt bij de dokter. De
dokter zegt, ik zie het al, u bent depressief. Daar hebben we tegenwoordig
wel een goed middel tegen. Neemt u dit pilletje maar, dan voelt u zich
snel een stuk beter. De man is blij. En inderdaad, hij voelt zich beter,
heeft weinig klachten meer en functioneert weer goed. Twee jaar later komt
de man bij de bedrijfspsycholoog, want hij heeft tekenen van een burn out.
In het gesprek komen de problemen op de zaak aan bod. Hij werkt boven zijn
niveau, moet steeds presteren, opboksen tegenover jongelui, heeft werk
dat hem niet ligt, maar is bang voor achteruitgang in zijn salaris, vooral
omdat ze een nogal hoge hypotheek hebben, bovendien gaat het in zijn huwelijk
niet zo lekker.
Daarop zegt de psycholoog: ‘U kunt deze pilletjes
wel blijven slikken, maar daarmee haalt u de oorzaak niet weg. Als we er
niet in slagen om aan de oorzaak iets te doen, dan wordt het uiteindelijk
van kwaad tot erger.’
We kijken om ons heen en zien het kwaad toenemen.
We zien dat mensen minder van elkaar houden, meer om zichzelf heendraaien.
Vrijwilligerswerk neemt af, overal wordt geld voor gevraagd. Er is meer
agressie en geweld, minder tolerantie en meer grof gedrag, de taal is grof
geworden, platvloers en met weinig inhoud. We zien een zieke maatschappij
die steeds zieker wordt. We willen intolerantie bestrijden. We willen het
vloeken bestrijden. We willen vrijwilligers werven. We willen agressie
terugdringen. Overal zoeken we maatregelen voor. Maar ze zijn als pilletjes
die alleen de symptomen bestrijden. Ze werken even, maar de kwaal gaat
verder, de problemen worden erger, alleen merk je het even niet.
Wat is de oorzaak van onze problemen. Gebrek aan
liefde, is het antwoord van Jezus. We hebben de tien geboden, we hebben
de hele geschiedenis, we hebben zoveel, we hebben de wetenschap en de rechtspraak,
we hebben een politiek systeem, we hebben lichamelijke en geestelijke gezondheidszorg,
maar het wordt toch steeds erger. Blijkbaar hebben we de oorzaak van de
kwaal maar niet te pakken.
Ik denk dat u nu begrijpt waarom ik steeds over
Jezus preek. Niet ik heb het medicijn uitgevonden tegen de ziekte van deze
wereld. God Zelf geeft ons het medicijn, zijn Zoon. Jezus is het medicijn.
Maar hoe neem je dit medicijn in? De Communie is daarvan als het ware het
teken, je neemt letterlijk het medicijn tegen het kwaad in, maar dat is
niet genoeg. Jezus eten betekent op zijn woorden kauwen, je zijn daden
eigen maken, zijn voorbeeld volgen, in zijn voetstappen treden, zijn manier
van denken, kijken, willen en werken over nemen, dat is innerlijk veranderen,
innerlijk heel en zuiver en gezond worden. En als jij herstelt, dan is
dat weer een begin naar de omgeving toe.
God geeft ons het medicijn. En als we naar dat
medicijn luisteren, ontdekken we iets bijzonders. Jezus brengt ons eerst
terug bij God. Het eerste gebod luidt: ‘Ge zult de Heer uw God beminnen
met geheel uw ziel, geheel uw hart, geheel uw verstand en al uw vermogens.’
Daar is bij Jezus geen enkele twijfel over. Je ziet het aan zijn eigen
leven. De laatste uren voor zijn kruisdood: ‘Als Hij bidt: Vader, niet
mijn wil, maar uw wil geschiede.’ Als tweede gebod geeft Hij dan: ‘Ge zult
uw naaste beminnen als uzelf.’ Maar dat zei Jezus tegen hen die dachten
dat het eerste gebod genoeg was. In onze tijd zijn er mensen die het omgekeerde
denken; dat het tweede gebod genoeg is. Tegen Hen zegt Jezus: Dit is het
eerste gebod: ‘Ge zult de Heer uw God beminnen met geheel uw ziel, geheel
uw hart, geheel uw verstand en al uw vermogens.’
Jezus is het medicijn, het beste medicijn dat
ik u kan geven, het enige medicijn dat echt helpt. En geef ik een soms
ander pilletje erbij omdat de symptomen ook aangepakt moeten worden, dan
is dat slechts incidenteel en tijdelijk. Hij is het verschil tussen een
oude zieke wereld en het land van belofte, de nieuwe wereld, Gods Koninkrijk.
Amen.
Reacties? Stuur
een e-mail.
Terug naar top
van deze pagina
Terug
naar homepage
|
|