Homilie op Witte Donderdag
in het jaar A (reeks 2001-2002)
ANDERE PREKEN
VAN DE WEEK
Voor de tekst van de Evangelie-lezing
van deze dag en een meditatie
klik hier
en zoek de juiste week
KLIK HIER OM DE PREEK TIJDENS
DE VIERING VAN HET LAATSTE WEEKEND TE BELUISTEREN (Real Audio)
KLIK HIER OM DEZE
VIERING IN ZIJN GEHEEL TE BELUISTEREN (Real Audio)
Reacties? klik
hier en stuur een e-mail.
Preek op Witte Donderdag in het jaar A, serie
2001-2002, A2002TRI01.html,
in de parochie van de H. Bartholomeus te Poeldijk,
door pastoor Michel Hagen,
28 maart. 2002, 19.00 uur. A.M.D.G.
E.L: Ex. 12, 1-8, 11-14
T.L: 1. Kor. 11, 23-26
EV: Joh. 13, 1-15
Homilie
In de avond van afgelopen Palmzondag hebben we
met zo’n 25 kinderen van de soosgroep naar de film Jezus Christ Superstar
gekeken. De film blijft boeien, maar het is logisch dat ik zo’n film niet
alleen met nostalgische gevoelens bezie en met de oren van de muziekliefhebber
beluister, maar ook met die van een theoloog. In de film zijn de vragen
van de zestiger en zeventiger jaren verwerkt. Met name de persoon van Judas
wordt daar heel nadrukkelijk geportretteerd als de grote tegenhanger van
Jezus, als een goedwillende, maar tegelijk tragische figuur, een die geleid
wordt door nobele gevoelens voor Jezus en voor de idealen van een vrij
Israël, een die denkt dat hij het beste doet door Jezus uit te leveren.
Soms lijkt het alsof ongeveer dertig jaar geleden een soort heiligverklaring
van Judas is ingezet.
In de film zegt Judas tegen Jezus, stel nu dat
ik je niet verraad, dan gaat heel je plan van martelaar en verlosser niet
door. Stel dat ik je niet verraad, maar dat is juist wat je wilt, je wilt
dat ik je verraad. Op die manier spreken ook soms populaire, schijnbaar
theologische artikeltjes, alsof dit de rol is die Judas van God moest vervullen.
Judas was in feite volgens hen bestemd voor deze taak, zoals de verradersrol
in een filmdrama, die even noodzakelijk is als de verlossersrol.
En Jezus horen we in de film tot God spreken,
is dit het wat U wilt, dat ik sterf, is dat de weg. OK dan, kijk maar hoe
Ik sterf, kijk goed en zie hoe Ik sterf. Jezus die onder protest instemt,
en tegelijk God de schuld geeft, omdat het Gods wil is. Het lijkt op een
heiligverklaring van Judas, en ondanks gehoorzaamheid een afstandnemen
van Jezus van het plan van zijn Vader. Een wonderlijke theologie van de
zestiger en zeventiger jaren
Hoe komt dat toch? Hoe komt het dat we teksten
uit het Evangelie niet gewoon serieus nemen, namelijk dat Judas een dief
was, die geld wegnam uit de beurs, dat hij niet bekommerd was om de armen,
maar slechts deed alsof, vanwege het geld dat hij beheerde. Waarom volgen
zovelen zo gemakkelijk het idee van een goede Judas?
Heeft het misschien te maken met het mysterie
van het kwaad? Misschien worden wij mensen in het leven wel meer gefascineerd
door het mysterie van het kwaad, dan door al het moois dat we ook kunnen
zien. Kwaad als een mysterie. Waarom doen we kwaad, waarom kiezen we soms
voor onszelf ten koste van anderen, doen we wat we eigenlijk niet willen?
Waarom publiceren we in de kranten en de roddelbladen,
maar ook op het TV journaal liever de rottigheid dan het goede, zijn we
geïnteresseerd in een schandaal bij de buren en willen we weten of
er in hogere kringen ook overspel is? Waarom zoeken de journalisten steeds
de tegenstellingen op en wordt de tweespalt alsmaar versterkt. Het lijkt
erop dat er in ons binnenste een schakelaar verkeerd staat, waardoor we
meer gefascineerd zijn door het mysterie van het kwaad dan door het mysterie
van het goed. Waarom lopen we steeds in die valstrik, met de vraag, ‘waarom
laat God dat toe?’ en zien we niet wat God allemaal doet en heeft gedaan
om het kwaad te overwinnen?
Wanneer mensen zich niet laten voeden door de
Geest van Jezus, door zijn Evangelie, door de leer die de Kerk trouw doorgeeft,
dan verliezen we het juiste inzicht en worden we de speelbal van hen die
schijnbaar zinvolle vragen bedenken, maar die slechts verwarring en duisternis
zaaien.
Wat was dat plan van God, waarvan die maaltijd
op de donderdag voor Jezus’ lijden en sterven het ultieme teken is? Wat
was de rol van Judas? Wat was de echte houding van Jezus? Vandaag in de
evengelielezing horen we hoe Johannes dit ziet. Jezus staat boven alles
wat er om Hem heen gebeurt. Hij staat boven de plannen die mensen beramen,
net zo hoog als Gods plannen boven de mensenplannen staat. Jezus weet van
het verraad van Judas en de verraderlijkheid van deze wereld. En Hij weet
dat het zijn taak is om alle kwaad met goed te beantwoorden. Hij weet dat
heersen namens God dienen betekent. Hij weet dat leven uit God sterven
betekent. Niet omdat God wreed is, maar omdat het kwaad in het hart van
de mens alleen zo wordt overwonnen. Dat weet Hij en zo viert Hij zijn maaltijd,
de maaltijd van zijn zelfgave in Brood en Wijn. De maaltijd met de voetwassing
als teken dat Hij de dienende is in een dienstbare liefde ten dode toe.
Zo is Jezus, want zo is God. God levert zijn zoon
uit, geeft Hem in handen van de mensen. God weet, en Jezus weet wat de
mensen met Hem zullen doen. Het kwaad zit in het mensenhart (Noach) en
dat mensenhart verdraagt die mateloze goedheid van God niet. Mensen willen
dat God de kwade mensen de wereld uitgooit. Maar God doet dat niet, God
laat de zon opgaan over goeden en slechten en laat het regenen over rechtvaardigen
en zondaars. Mensen willen dat God de kwaden straft en de goeden beloont,
nu al. Maar God laat onkruid en tarwe samen opgroeien. God, Jezus, is goed
voor slechte mensen, terwijl het kwaad probeert goede mensen te treffen.
Jezus wil dat ook wij doen als Hij. Dat is het kruis. Als wij dat zo niet
willen is dat geen teken van onze goedheid en rechtvaardigheid, maar teken
dat wij die goedheid van God nog niet in ons hart hebben.
God weet wat er zal gebeuren. Had Judas Hem niet
overgeleverd, dan had een ander dat gedaan. Inderdaad, God heeft zijn Zoon
aan de mensen in handen gegeven. Dat doet God al vanaf het begin, God geeft
zichzelf steeds aan de mensen, in steeds een nieuw verbond, eerst door
Noach, dan door Abraham, dan door Mozes bij de uittocht, ook nog bij David
en iedere keer is zijn Verbond met de voeten vertreden. Als Jezus door
het stof moet kruipen is dat het levende teken hoe de mensen vanaf het
begin met Gods verbond, met de man van het Verbond en dus met God Zelf
zijn omgegaan. God mag er wel zijn, als Hij maar doet wat wij willen (de
nieuwe Godsnaam: Ik mag er zijn.). God weet hoe het kwaad in zijn werk
gaat. God kent het mechanisme van het kwaad. Zo staat er dat de Duivel
Judas reeds had ingegeven Hem over te leveren. Dat is geen ingeving van
God geweest, geen ingeving van de heilige Geest. Het is de inblazing van
de Boze. God laat het toe, want het lijden van zijn Zoon treft Hem Zelf.
Jezus en de Vader zijn één.
Witte Donderdag. Brood en wijn, Jezus is uitgeleverd
in mensenhanden. Zo openbaart God hoe slecht de mens is, omdat de mens
uiteindelijk Gods Zoon vermoordt. Maar daarin openbaart God tegelijk dat
zijn vergevende liefde groter is. Neemt, eet en drink, het Nieuwe Altijddurende
Verbond tot vergeving van de zonden. Doet dit tot mijn gedachtenis. We
vieren hier het mysterie van Gods goedheid die altijd oneindig groter is
dan het mysterie van het kwaad. Misschien zou je de leerlingen van Jezus
kunnen typeren als hen die gefascineerd zijn door het altijd grotere mysterie
van Gods Goedheid. Amen.
Reacties? Stuur
een e-mail.
Terug naar top
van deze pagina
Terug
naar homepage
|
|