Homilie op de veertiende zondag door het jaar C
(reeks 2000-2001)
ANDERE PREKEN VAN
DE WEEK
Voor de tekst van de Evangelie-lezing van deze dag
en een meditatie
klik hier
en zoek de juiste week
KLIK HIER OM DE PREEK TIJDENS DE VIERING VAN
HET LAATSTE WEEKEND TE BELUISTEREN (Real Audio)
KLIK HIER OM DEZE VIERING IN ZIJN GEHEEL
TE BELUISTEREN (Real Audio)
Preek op de veertiende zondag door het jaar C, serie 2000-2001 - C2001DHJ14.html
In de parochiekerk van O.L.V. Altijddurende Bijstand te Rotterdam Overschie
en de H. Bartholomeuskerk te Poeldijk,
door pastoor Michel Hagen, 7/8 juli 2001, 17.00/10.00 uur. A.M.D.G.
Thema: Orde van dienst: Met vrede gegroet.
E.L: Jes. 66, 10-14c
EV.: Luc. 10, 1-12. 17-20
Homilie
‘De oogst is groot maar arbeiders zijn er weinig. Vraagt daarom de Heer
van de oogst om arbeiders te sturen om te oogsten. ‘Vragen, bidden, om
arbeiders, om werkers, om medewerkers, beroepsmensen en vrijwilligers,
toegewijd aan de zaak van de Heer. Vraag erom, bid erom! Kent u die plaatjes
van een goede herder met op de achterkant een mooi gebed, van de paus bijvoorbeeld,
een gebed om roepingen. Ik ken die plaatjes al meer dan twintig jaar. Zolang
wordt er dus al gebeden voor roepingen, en nog veel langer, want ook ver
daarvoor werd er voor roepingen gebeden. Twintig jaar bidden; en dan kijk
je om je heen en zeg je, waar zijn ze?
Roepingen. Jezus had daar zo’n tweeënzeventig roepingen. Hij had
het charisma om mensen te raken, om jonge mensen te boeien, om ze geestdriftig
te maken, ze een nieuw ideaal te geven, je zou wensen dat Hijzelf weer
terugkwam om het nog eens over te doen. Maar nee, Hij heeft zijn opdracht
aan de Kerk gegeven, aan ons, aan u en mij, aan gewijden en leken, wijzelf
moeten verder gaan met zijn werk.
Wanneer je hoort over een parochie waar geen priester meer is, waar
geen eucharistie meer gevierd kan worden, dan kan er een zekere moedeloosheid
toeslaan. Twintig parochies worden nu tien parochies. Een paar jaar later:
Tien parochies worden vijf parochies. Wanneer we nog een paar jaar verder
kijken: Vijf parochies fuseren tot één parochie. Nog even
en de stad Rotterdam heeft nog maar één RK parochie. Dat
is een doemscenario, een sterfhuisconstructie.
Allerlei oplossingen worden aangedragen. Kunnen er geen priesters uit
het buitenland komen? Kan het priestercelibaat niet worden afgeschaft?
Kunnen vrouwen niet tot priester gewijd worden? Waarom worden er geen wijze
gehuwde mannen tot priester gewijd? Kun je uitgetreden priesters niet opnieuw
toelaten? Moeten de eisen van de opleiding niet wat omlaag worden gebracht?
Kunnen de Nederlandse missionarissen niet beter terugkomen voor het werk
hier in hun vaderland? Moeten we heel het idee van priesterschap niet op
de helling zetten, zodat gewoon een leek kan voorgaan bij de viering van
de sacramenten? Het ene idee volgt op het andere. En allemaal lopen ze
achter de feiten aan en helpen ze niets.
Men spreekt van een roepingencrisis. Die is er, natuurlijk, maar die
staat niet op zich, die is slechts een klein onderdeel van een veel grotere
crisis. Heel het Rijke Westen is in crisis. Er is een geloofscrisis. Statistieken
zeggen wel dat er geloof is, maar dat geloof is volledig particulier, het
is een volstrekt individueel geloof. Het moderne geloof is iets van mijzelf,
ik hoef niemand verantwoording af te leggen, als ik iets niet leuk vind,
dan schrap ik het eruit, er zitten geen consequenties aan. Je hoeft niet
naar de kerk. Bijgeloof is ook geloof. Geloof is niet meer iets dat je
viert. God is er voor mij, ik hoef er niet te zijn voor God. De wereld
is er voor mij, ik hoef er niet te zijn voor de wereld.
We zijn ontsnapt aan twee verschrikkelijke ideologieën. Het Nazisme,
de rassenwaan, het übermensch-ideeën. Dat heeft nog het kortst
geduurd. De tweede ideologie, met nog meer slachtoffers, werkt nog steeds
door, het Communisme, schijnwetenschap, anti God en dan blijkt het uiteindelijk
ook anti-mens te zijn.
Maar de derde ideologie, daar zijn we ingestonken. We doen er volop
aan mee, we geloven er zelfs in, we beroemen ons erop, we voelen ons er
superieur door. Zonder dat we het door hebben: Het Materialisme.
Materialisme gaat veel verder dan we denken. In het materialisme komt
de materie vóór de geest, de geest wordt zelfs meestal ontkend.
De geest is hooguit het resultaat van een ingewikkelde materiële constructie.
De materie staat voorop, dat is het lichaam, maar ook het genieten, het
hier en nu, het bezitten. Allerlei ideeën kleven eraan. Een volkomen
vrije markt, zoveel mogelijk waardenvrij, zo min mogelijk controle, want
andermans waarden kunnen mij beletten te leven zoals ik wil. Alles krijgt
ook economisch nut, want de economie is de motor van de welvaart, onderwijs
is er niet meer eerst voor de ontplooiing van mensen maar krijgt vooral
economisch belang. Gezondheidszorg wordt een schakel in de economie. De
farmaceutische industrie is vooral een winstgevende industrie. Sexualiteit
heeft niet meer primair te maken met het leven doorgeven, maar is hoofdzakelijk
gericht op genieten en wordt volledig ingepast in de economie. Sexualiteit
en liefde zijn vervlochten in de vermaakcultuur, in film, televisie en
toneel, het is vervlochten in de reclamecultuur, het is vervlochten in
de pillenfrabricage, het heeft te maken met groot geld en machtige lobby’s.
Het liefst zou ook de religie onderdeel van de vrije markt moeten worden,
schakel in de economie, zonder kerken die daarin het laatste woord hebben.
O wee wanneer een van deze bouwstenen wordt aangetast, als de kerk tegen
het homohuwelijk is, dat is kleinzielig, bedillerig, bekrompen, ouderwets
enzomeer. Want ook het huwelijk moet element worden van de materiële
cultuur. Vrij, voor je plezier, dus vaak tijdelijk, heb je er niets meer
aan, dan doe je het weg. En als het er voor het genieten is, dan moet een
homohuwelijk ook mogelijk zijn. Deze derde ideologie heeft ons in de greep.
Natuurlijk niet alles en iedereen. Met veel van deze dingen bent u het
zelf ook niet eens. Veel jonge mensen zijn zelf ook critisch. Maar het
is een structuur geworden, zo vast, zo sterk en omvattend dat je er nauwelijks
aan kunt ontsnappen.
Kun je dan nog zeggen dat de velden wit staan, rijp voor de oogst, zoals
in het Evangelie? Of is het nu een woestijn geworden. Is de wereld ziek,
is het rijke Westen ziek en moet de maatschappij eerst gezond worden, voor
er weer antwoorden op de roep van God kunnen komen? Als God er is voor
mij? Als de wereld bestaat voor mij? Als het in het leven gaat om het genieten?
Dan heeft de kerk, dan heeft Jezus, dan heeft God je weinig te bieden.
Dan is priesterschap niet aantrekkelijk, dan is leerkracht zijn niet langer
aantrekkelijk, of verpleegster, of vader en moeder, of religieus.
Bidt de Heer van de oogst om arbeiders te sturen om te oogsten! Maar
bid eerst om genezers, die onze zieke wereld gezond maken. Om profeten
die de waarheid zien en weten te verkondigen, om edelmoedigen die niet
voor zichzelf leven maar voor God en de naaste. Bid, dat uzelf ontsnapt
aan de dwang van het materialisme, bidt om geestelijke vrijheid en zet
stappen daartoe. Wie weet dat u dan zo vrij wordt dat u zelf antwoord kunt
geven aan zijn roepstem. Wie weet dat er iets nieuws groeit en er op een
goed moment geoogst kan worden. Misschien dat we maar weer een heleboel
plaatjes moeten verspreiden, plaatjes van Jezus als Goede Herder, Jezus
als de geneesheer, als de leraar, als de dienaar en helper, met een mooi
gebed op de achterkant. Wie weet wat er dan over twintig jaar geoogst kan
worden. God weet het. Amen.
Reacties? Stuur
een e-mail.
Terug naar top van deze pagina
Terug
naar homepage
|
|