Preek op de eenentwintigste zondag door het jaar B, serie 1999-2000,
B2000ZDJ21.html.
Op het feest van de heilige Bartholomeus, paroon van onze parochie.
In de parochiekerk van de H. Bartholomeus te Poeldijk, door pastoor
Michel Hagen,
za/zo 26/27 augustus 2000, 19.00/10.00 uur. A.M.D.G.
Thema: Dromen van / Ik heb een droom
Zang: Kinderkoor (gezinsmis) / Gemengd koor
E.L.: Gen. 28,10-15
T.L.: Ap. 21, 9b-14
EV.: Joh. 1, 45-51
Homilie
Aartsvader Jacob. Bij hem beginnen we, net zoals de lezingen vandaag bij hem beginnen en ook het boekje met de afbeelding voorop. Hij ligt daar een beetje verloren. Maar hij droomt een heerlijke droom. Dat gebeurt vaker wanneer mensen in stress-situaties komen. Zijn leven krijgt een wending. Hij treedt in het voetspoor van zijn opa Abraham en zijn vader Isaak. Hij heeft het eerstgeboorterecht en de zegen voor de neus van zijn broer Esau weggekaap. Later zal hij, net als onze patroon Bartholomeus nog een tweede naam krijgen; Israël. Deze tweede naam van Jakob zal gegeven worden aan alle israëlieten, net als Nathanael die een ware Israëliet wordt genoemd. Nu is jakob op zoek naar een vrouw die past in de familie- en geloofstraditie. Hij, Jakob, Israël, staat voor een geweldig avontuur, op weg gaan met de God van zijn vader en opa. Zo komt hij in Betel, het huis van God. Zo komt het dat hij onrustig in de nacht, deze droom krijgt. Een hemelladder.
Kent u het verhaal nog van de toren van Babel. Mensen bouwen een toren tot in de hemel, dat is de bedoeling. Daarmee hoopten ze de macht te verkrijgen over zon en maan, over sterren en planeten, over regen en zonneschijn, over kou en warmte, dag en nacht, aarde en hemel, de mens die alle macht verkrijgt. Hier droomt Jakob over een hemelladder. het wordt hem zomaar aangeboden, een trap naar God toe, engelen gaan erlangs omhoog en omlaag, zij komen naar de aarde om Gods werk te doen, ze keren terug naar God met hun berichten over de mensen. Hij droomt en ziet een ladder die op de aarde staat en waarvan de top tot in de hemel reikt.
Nu zet ik een grote stap, we gaan naar het slot van het Evangelie. Daar horen we: Jezus voegde eraan toe: Je zult de hemel open zien, en de engelen Gods zien opstijgen en neerdalen in dienst van de Mensenzoon. In deze uitspreek maakt Jezus zichzelf tot hemelladder. Hij is degene die hemel en aarde verbindt.
Maar we blijven nog even bij Jakob en gaan dan naar Bartholomeus. Jakob krijgt van God een belofte. Het land waarop je ligt, zal ik aan jou en je nakomelingen geven. Ik zal je niet verlaten, want Ik zal mijn belofte vervullen. Nathanael, ofwel Bartholomeus zit onder de vijgenboom. Iets groter waarschijnlijk dan de boom die drie jaar geleden door onze bisschop in de tuin is geplant. Nu moet u weten dat de profeten in een beeldspraak dikwijls de vijgeboom gebruiken, net als de druivenboom, als beeld van het beloofde land: Dan zit ieder onder zijn eigen wijnrank, en onder zijn eigen vijgenboom, zeggen de profeten Jesaja (36, 16), Micha ((4, 4) en Zacharia (3, 10). En zo komen we bij Bartholomeus. Het is een beetje lange inleiding, maar het lijkt me nodig om daardoor onze patroon wat beter te leren kennen.
Bart zit onder de vijgenboom. U snapt nu dat dit een heel symbolische plek is. Daar denkt hij, daar droomt hij, net als eens zijn voorvader Jakob. En waar droomt hij van? Dat is net als bij uzelf, dat weten alleen hij en God. Waar droomt hij van, zittend onder de vijgenboom. Misschien van een toekomst met een vrouw aan zijn zijde, zoals Jakob op weg is een vrouw te vinden. Of hij zit daar juist genietend van zijn eigen huis, misschien is hij al een gesetteld man. Of zijn er angsten in zijn leven, hij reageert nogal sceptisch, en vindt hij alles uitzichtloos geworden? Misschien droomt hij van die hemelladder; hoe kun je hier op aarde echt verbonden met God leven? Misschien droomt hij van die engelen, die wel godenzonen worden genoemd. Misschien droomt hij van de belofte aan zijn voorvader Jakob, over het land dat God geeft, juist in de tijd van de Romeinse bezetter, en droomt hij over vrijheid en toekomst. En misschien droomt hij dit alles tegelijk, zoals zo vaak in dromen, want hij is totaal om, hij gaat totaal overstag als Jezus dit ene zinnetje zegt: “Voordat Filippus je riep, zag Ik je onder de vijgenboom zitten”.
Wat gebeurt er bij onze Bart, in zijn hoofd, in zijn hart? Hij voelt zich niet bespied, hij voelt zich gezien, hij voelt zich niet betrapt, hij voelt zich gekend. Hij hoopt dat hij gekend is door God en die hoop wordt hier en nu vlees en bloed in deze mens die daar voor hem staat. Die mens blijkt hem te kennen van binnen uit. Jezus kent u en mij van binnen uit. Met onze dromen, onze wensen, onze verlangens, onze angsten en onze idealen.
Maar droom en werkelijkheid zijn twee. Er is een lange weg te gaan van de vijgenboom van Bartholomeus, Nathanael, naar de tweede lezing, de droom over het nieuwe Jeruzalem, de nieuwe stad van God. Nu niet een hemelladder om naar de hemel op te klimmen, maar Gods Koninkrijk, zijn stad daalt in zijn geheel neer uit de hemel. Een stad, gebouwd op grondstenen, met daarop de namen van de twaalf apostelen en een van hen is Bartholomeus. Tussen de droom onder de vijgenboom en Gods koninkrijk, staan kruis en graf van Jezus. Daartussen staat ook het leven van Bartholomeus, zoals de legenden van hem spreken. Hij wordt voor koningen en stadhouders geleid om van Jezus te getuigen. Hij trekt de hele wereld rond om Gods koninkrijk te verkondigen. Hij drijft duivels uit om mensen te bevrijden, hij gaat meer en meer lijken op Jezus die hij vanaf dat moment is gevolgd. Ons schilderij, de marteldood van Bartholomeus brengt al deze elementen in beeld. Hij geeft zich met huis en haar. Eerst wordt hij gevild, later nog gekruisigd. Ook hij gaat door het lijden en de dood heen naar de vervulling van de droom van God.
We hebben een patroon waarvan Jezus zegt: Een zoon van Israël, dat is een ware zoon van Jakob, in wie geen bedrog is. Een patroon die zich gezien en gekend weet door Jezus. Een patroon die zich met hart en ziel, met huid en haar gegeven heeft aan zijn Heer, die zich gegeven heeft aan de realisatie van Gods droom, Gods koninkrijk op aarde.
Nog een laatste woord. Toen ik een week geleden in Rome de Eucharistie
concelebreerde met de paus en nog eens zeven duizend of meer priesters,
toen kwamen ook deze slotwoorden van Jezus in mijn gedachten. Je zult groter
dingen zien dan deze. Grotere dingen, tweeëneenhalf miljoen jongeren
in geloof bij elkaar, tekenen dat God doorgaat met zijn droom. Jonge mensen
die deze droom opnieuw durven dromen, die de luxe en welvaart niet als
zaligmakend zien, die vragen stellen, die verder denken zoals Nathanael,
Bartholomeus. Deze jongeren hebben daar onder leiding van die ander apostel
Petrus, de hemelladder ‘Jezus’ gevonden. Zij gaan uit over de wereld. Mogen
ook wij geraakt worden met hetzelfde vuur, en uitroepen: Jezus, u bent
de Zoon van God; U bent de koning van Israël.
Amen.